De spoorwegen worden sedert enkele weken geschokt zoals voordien weinig gebeurde: een nieuwe minister van Mobiliteit werd zopas aangesteld, aan wie hoge bekwaamheidskwaliteiten, analysevermogen en luistercapaciteiten worden toegekend. We wensen hem veel succes toe in de uitvoering van de zware taken waarmee hij nu gelast wordt.
Een CEO, een directeur-generaal die hun vertrek aankondigen, dat is een ander punt dat niet nalaat om ons aan te spreken … Met nog voor onze geest de gebeurtenissen en de intriges die geleid hebben tot de vaak betwiste aanstelling van de bazen van het spoor die elkaar hebben opgevolgd sinds 2002, zijn er voldoende redenen om ongerust te zijn over de toekomst van de spoorwegmaatschappijen. We hebben meer dan ooit nood aan een management dat zich inzet voor een bedrijfsplan over meer dan 2 of 3 jaar. Zonder die stabiliteit is een constructieve sociale dialoog onmogelijk ondanks de goede wil van de verschillende protagonisten.
We hopen dat de regering en de Raden van Bestuur van de NMBS en HR-Rail de waarde zullen schatten van wat op het spel staat met die toekomstige aanstellingen en we wensen dat die taken worden aangepakt binnen de kortste tijd door bekwame en verantwoordelijke mensen die gehoor hebben voor het personeel.
Nieuwe perspectieven voor het VSOA sector Spoor zullen binnenkort aan het licht komen door het toekennen van dezelfde representativiteit, binnen de spoorwegmaatschappijen, als de 2 vakorganisaties die tot nog toe erkend zijn. Dat zou tenslotte maar rechtvaardig en waardig zijn …. We kunnen wel begrijpen dat de 2 Erkende Organisaties die evolutie niet bijtreden, aangezien onze grotere representativiteit de hunne noodzakelijkerwijs zal doen verminderen. Daarentegen zijn de gebruikte argumenten om die afwijzing te rechtvaardigen niet overtuigend in een democratisch debat, onder andere de « heilige » norm van 10%.
Hoe had het VSOA die score officieel kunnen halen zonder over dezelfde representativiteitsmiddelen te beschikken als zijn concurrenten?
We hebben steeds een representativiteit verdedigd op grond van de vakorganisaties die aanwezig zijn binnen de Nationale Arbeidsraad. De komende sociale verkiezingen binnen de spoorwegmaatschappijen zullen te zijnen tijd een realistisch van de representativiteit weergeven, die op dit ogenblik niet correct kan ingeschat worden.
We wachten met ongeduld op de publicatie van die wijziging van de wet betreffende de sociale dialoog.
Filoteo Africano
Federaal Voorzitter